Priesterkinderen rondom Jheronimus Bosch
Dr. G.C.M. van Dijck
Veel Bosch-auteurs gaan er van uit dat de beroemde schilder religieuze wantoestanden hekelde en met name de houding van priesters uit zijn tijd. Zo zouden veel priesters zich niet houden aan de celibaatsverplichting en zich ook aan drank te buiten gaan. Dat eerste was vrij gemakkelijk aan te tonen: men neme de belangrijkste priesters uit de volwassen leefperiode van Bosch en we gaan na of deze geestelijken relaties en kinderen hadden. Gelukkig zijn er bronnen genoeg om er duidelijkheid over te krijgen. De vraag is alleen of een dergelijk onderzoek aantoont dat Bosch het een wantoestand vond of, integendeel, dat hij het als normaal maatschappelijk verschijnsel accepteerde in zijn intensieve vriendenkring! Ik neig naar het laatste, omdat Bosch het tot een eer rekende lid te worden van de Illustere Lieve Vrouwebroederschap en daar saamhorigheid te beleven met talrijke priester-vaders in gebed, maaltijd en het uitdelen van brood aan de armen. Daarnaast moeten we niet vergeten dat Bosch' moeder zelf een buitenechtelijk kind van een kleermaker was en dat een van zijn tantes eveneens een buitenechtelijk kind had. De familie van Jheronimus' vrouw, Aleid van de Meervenne, telde meerdere buitenechtelijke kinderen. Daarvoor zij in detail verwezen naar het werk: G.C.M. van Dijck, Jheronimus Bosch, (Zaltbommel, 2001). Over welke priesters in Bosch' omgeving ging het en weten we iets van aantallen?
Jheronimus Bosch behoefde de Sint-Janskerk maar binnen te gaan of hij werd al verwelkomd door een priesterzoon: Henrick van Loon, die overleed in 1498, was zelf de zoon van priester Bernardus van Loon! Deze Henrick was namelijk de koster van de kathedraal.
Eerst komen we bij wettige kinderen van gehuwde 'priesters', die als weduwnaar priester werden; dan bij de priesters-gezworenen van de Illustere Lieve Vrouwebroe-